Vanaf deze week vriest het weer en volgens de weersverwachtingen zal dat de komende dagen nog wel even zo blijven. Des te meer reden om u te informeren over de mogelijkheden en beperkingen bij de verwerking van krimparme cementgebonden mortel bij lage temperaturen (< +5⁰ C). Bekend is, dat de vloeibaarheid van gietmortel afneemt naarmate de temperatuur daalt. Ook neemt de uithardingstijd toe.
3 tips om bevriezing van krimparme cementgebonden mortel te voorkomen:
Tip 1: Gebruik snel hardende producten
Het is niet zo, dat de kenmerkend lage water-cement factor (0,26-0,35) de mortel beschermt tegen bevriezing, omdat er maar een gering aandeel vrij water in zit. Dat is een misverstand, want tot het moment dat het (weinige) water chemisch gebonden is blijft de mortel erg kwetsbaar voor bevriezing. Bij een standaard K70 of R4 mortel kan het enkele uren duren voordat de hydratatie inzet en de vorstgevoeligheid afneemt. Gebruik daarom bij voorkeur snel hardende producten, zoals bijvoorbeeld: snelle gietmortel, snelle ondersabelingsmortel of snelcement. Deze producten hebben binnen één tot twee uur een druksterkte van tenminste 5 MPa. Dat is veilig!
Tip 2: Gebruik warm aanmaakwater en sla droge mortel verwarmd op
Verwarmd aanmaakwater gebruiken om de hydratatie van de mortel te versnellen is op zich een zinvolle gedachte. Bedenk wel, dat water in deze producten slechts circa 10% van de totale massa uitmaakt. Het water moet wel heel heet zijn, om koud opgeslagen droge mortel tijdens het mengen op temperatuur te krijgen. Het is dan ook beter de droge mortel en het aanmaakwater in dit jaargetijde verwarmd op te slaan (+15⁰ tot +25⁰ C) in een opslagruimte, die groot genoeg is om ook als menglocatie te dienen. Bewaar in die verwarmde ruimte ook de menger, mortelpomp, kruiwagen, speciekuip en ander verwerkingsmaterieel. Dat is de manier om een mortel direct op de gewenste verwerkingstemperatuur (> +10⁰ C) te krijgen.
Tip 3: Zorg voor bescherming, isolatie en verwarming van de stortlocatie
Tijdens en na de verwerking wordt de morteltemperatuur beïnvloed door de temperatuur van de ondergrond, de luchttemperatuur, zoninstraling en wind. De zorgvuldig gemengde mortel, keurig op temperatuur, koelt onmiddellijk af als deze op een te koude ondergrond of tijdens vorst wordt verwerkt. Heb dus ook aandacht voor bescherming, isolatie en zo nodig verwarming van de stortlocatie. Werk nooit op een ondergrond kouder dan +3⁰ C.
Tenslotte: Werken met krimparme cementgebonden mortel bij temperaturen rond of onder het vriespunt brengt altijd risico met zich mee. Het zijn vaak dunne lagen in kleine volumes die gevoeliger zijn voor vorst dan in grotere volumes gestort beton. Neem daarom liever te veel dan te weinig maatregelen.
De minimaal noodzakelijke maatregelen voor verwerking van krimparme cementgebonden mortel bij lage temperaturen hebben wij hier nog even voor u op een rijtje gezet: PAGEL Wintermaatregelen.
De bijbehorende PAGEL Wintermortel vindt u hier: PAGEL Wintermortel.
Neem bij twijfel contact met ons op via: 088-540 1100.